Wil en sturing

(Moniek van Pelt) De droombeeldwerkelijkheid houdt ons kind massaal in een zoete sprookjessfeer, vol veilig ogende natuur versus wat uit de pas gelopen wilde dierlijkheid en dan natuurlijk die onnatuurLijk stoute dood. Het deel in ons wat we graag kind noemen, beleeft het Al veelal in een afgeleid spel van goed versus kwaad. En daar zit het nog steeds, denkende dat het vrije wil kent en heeft. Omdat velen hun mens-zijn bedenken in delen, leeft dat deel in een parallelle realiteit en is niet in staat krachtig uit te spreken van het eigen, het wezensechte. Dat denken vanuit gebrek-in-voor- het-zelf staan, heeft gemaakt dat er allerhande spiegels oplichten, die trachten dat ”buiten” naar binnen te halen en in die beweging regelmatrixig, ik zou bijna willen zeggen, uitbuiten. 

Het kind wordt bij aanvang wilsmatig gekoppeld aan deze zogenoemde erfenis in kijken en reiken. Ze noemen dat geboorte. Geboren worden gaat over licht, niet over plicht. Deze koppeling aan de afgeleide is nodig om het hele heersende systeem stap voor stap in te kunnen voegen bij de jonge mens, en zonder al teveel morren. Sterker nog, ik heb dit als jong wezen al geaccepteerd, om mezelf niet volledig toe te voegen aan dit bestaan. En dat ben ik zogenaamd vergeten. Omdat, zoals het woord afgeleide al in zich draagt, deze realiteit niet verder kan reiken dan de beperkte mal, de matrix. En dat noemen grote mensen dan puur, terwijl we het hier toch echt hebben over strijd. De afleiding is aldus gekoppeld aan een zogenaamde pure verbinding en de valse kundalinilijn (lees hier de blog erover) is uitgelegd. Degene die bewust afleidt zal zichzelf in zijn daad groots benoemen, om macht te genereren door zijn ware aard te verbergen. Dat doet iemand alleen als hij die potentie zelf niet kent, emotievreemd als hij is, en hij zal er dus voor zorgen dat de belevingswereld in die realiteit de volle potentie niet als uitgangspunt neemt. De wil is gestuurd en niet langer wezenrijk vrij.

De zieltjeswinner, de emotiezuiger, het is niet wat wij dood noemen, al koppelen zij zich juist ook daaraan. Het is een collectief aan wezens die ons begrip te boven wil gaan, om zo ongrijpbaar mee te liften en dat bestaan blijvend te sturen. En gestuurd wordt er; mensen komen op allerlei ideeën waarvan ze vermoeden dat dit, gekoppeld aan het plan, een boven zichzelf uittillend succes zal geven in bestaan. Dat deze ideeën het resultaat zijn van diezelfde invoeging vanuit gebrek is te voelen in de verwarring; het vele moeten in de beheersing van de wil. We moeten heel, heler dan we zijn. Dat is ook zo in dat schemerlicht. Alleen wat we met velen niet beseffen, is dat we dat licht ten volle zijn en dat het steeds diepgaander kaderen van de kinderen enkel en alleen ons eigen onvermogen tot vrije wezenswil spiegelt. 

Ik heb met mijn dochter in haar taal openlijk gesproken over haar lijn in kern. Ik heb altijd aangevoeld dat er iets in dit aardse verhaal van begin af aan niet klopte en daarin alles maar dan ook alles aan de kant willen zetten, wat afleiding wilde genereren, zelfs als ik het zelf was. Bij tijden was de dominantie van de sturende macht in ouderschap, leraarschap en mijn eigen sturende wil ogenschijnlijk sterker, en vertrok ik mijn diepte in. Toen ik moeder werd wist ik dat ik maar een ding te doen had; mijn pad vrijer maken dan de mijne ooit geweest is. 

Het is opvallend hoezeer haar helderheid is afgenomen sinds ze onderwijs geniet. De verveling ook, omdat ze nooit echt vrij mag willen. In de jongste klassen van haar toenmalige school kwam ze vaker met verhalen thuis, waarvan ik dacht, wat zou ze me nu ten diepste willen zeggen?  Zoals die keer dat een juf een kruis sloeg tegen het duivelse, toen mijn dochter, destijds kleuter, het had over haar lijntje en gevoel voor bron. De keren dat ze aan de juffen aangaf buitenskaders te willen denken en streng terugverwezen werd naar de bestaande boeken en verhalen. Alle malen dat ze huilde, omdat ze in haar hart geen aansluiting kon vinden bij andere kinderen, die zich in dat hart niet langer herkenden, omdat hun omgeving het zelf wezenlijk niet voelde vanbinnen. En het toppunt was wel het moment dat ze me zei; ik wil hier weg. De juf staat in mijn lijntje en ze wil er niet uit. Ik moet en zal via haar leren en dat wil ik niet. Ik wil het zelf doen.

Na de schoolwisseling kreeg ze wel meer vrijheid van keuze, maar de verveling kwam al snel weer om de hoek kijken. Dat maakte dat we bijna meegingen in de sturing der begaafdheid en gevoeligheid. Bijna! Want ik heb een wonderlijk grote ongevoeligheid op kaders en hokjes. Ik herinner mij vrije wil en vrij denken in oorsprong. En ik weet dat ik in die kaders steeds iets meer van het complete wonder vergeet, omdat dat de bedoeling is van het kader; het weggeven van kracht. Het op eigen wijze willen leven en wel schouwen maar toch niet voluit kunnen of durven, het heeft me een half leven klein gehouden en half geleefd. En ik ben er klaar mee. Als een collectief zo slim is om een afgeleide realiteit te paraderen, waar we allemaal zoet en lief in meegaan, dan zijn zij ook in staat om een hoger zelf daarin te plaatsen, een afgeleide bron, waaruit we bruikbare informatie krijgen, elke keer net genoeg wortel om onze honger te stillen en te veinzen dat wij net als zij die seconde eerder zijn dan de rest. Het lijkt alsof de wereld te voorspellen is, in die lijn. En dat klopt, het zijn de invoegingen die tot leven gewekt worden, doordat wij onze energie er massaal aan geven. Afleiding gaat uit van afleiding en is niet in kern. 

Ik ga uit de afleiding, de leiding en terug in kern. In bron. Ik kan dat niet alleen, dan blijf ik dromen vol ooit en de valse kundalini lijkt slechts mijn bereik. Slechts samen zijn wij bereid. De bereidheid, de mogelijkheid ligt er al. De heelheid ook. En met samen bedoel ik, dat de muren mogen vallen tussen ons, die ons tot lerende en zoekende zwakzinnige wezens in strijd maken en ieder aan een eigen kant. Pas dan kunnen we echt kijken naar elkaar. Kind en volwassen mens, zo noemen ze het graag. En daartussen dan het woord vandaag. Niet de datum, wat er in de krant staat, wat je buren zeggen, wat school dicteert, je ouders gebieden, nee; de wezenskern, die heet vandaag. De kern die ons gevoel voor delen niet opdeelt, maar verbindt tot diep in het echte bronveld. Het wezenrijke dat hier op aarde in een gelijk gevoel voor thuis tot volle wasdom wil geraken. 

En de aarde spiegelt zich in de aarde en de hemel in de hemel en zo steeds verder los. Wij zijn in wezen niet gevallen, gezwicht, noch verlaat in onverlicht. De wezenskern is de verbinder die het kinddeel terugwijst naar haar volle zelf en haar in vrijheid op laat groeien tot in volle wasdom. Om het samengaan in capaciteit mogelijk te maken is het belangrijk de strijd te staken tegen onszelf en hoe we onszelf ook zijn gaan noemen. Elke titel is een afgeleide; of je nu spreekt over nieuwetijdskinderen, bijzondere gevoeligheid in vergelijking, het systeem der chakra’s, begaafdheid, ego, denken tot aan monkeymind, handicap, of een opgestegen meesterschap buiten jezelf, het vertegenwoordigt diezelfde mal die klein houdt ten einde te schitteren in een volgend leven. Elk woord waar een CV onder hangt, daar hang je aan, in en op tot je inderdaad geen ons meer weegt.  Zoveel quotes, zoveel frases, zoveel geschiedenismomenten verwijzen namelijk terug naar een onvoltooid en zoekend zelf, dat in het doolhof geen uitgang meer te vinden is. 

We zijn bang omdat we niet weten wat hierna komt als we blijven. En dat is terechte angst, want hierna is er enkel meer afgeleide in het door een gestuurd verleden gedicteerd spel. En dat terwijl die angst in wezen een dealiteit is, die ons in het voelen verheft tot ware potentie. Ik zeg het vaak tegen mijn kind; berust niet in de quote van een ander, al lijkt hij nog zo vertrouwd. Voel in, dieper dan diep en schrijf je eigen quote. O ja, en doe nooit aan een CV vol aangeleerd gedrag. De vrije wil, dat is in vrijheid alles voelen van wat je eerder aanvaardt hebt als beperking en om daarin vooral niet te mogen delen. Wij zijn vrijvoelers, vrijwillers en vrijweters. Vrijdenkers tot op het bot en we leven in dealiteit. De dualiteit der verlichten is ons aangepraat als enige mogelijkheid en om vooral eeuwig op weg te blijven.

En wie zijn dan die virtueel reëlen, die ons slechts duaal programmeren en rangschikken? Die ons willen laten denken dat we in verbinding zijn, grootsheid in de dop en in kern binnen hun mal? Die delen van ons afzonderlijk van elkaar wil laten bestaan; zoals de verlamde vrouwen, de strijdende mannen, de zoete kinderen, de gehandicapten, de spirituelen, de wetenschappers, de opdeling der veelkleurige mens, de (geestes) zieken, de enkele familie. Het rijtje is eindeloos. Het heeft gemaakt dat ik sinds mijn geboorte bij geen groep wil horen, omdat deze, duaal bezien, enkel afscheiding bevordert. En het heeft gemaakt dat ik de programmeurs lang niet kon zien voor wie zij zijn. Ik wist, dacht ik, dat het zou zijn alsof ik mezelf recht in de ogen zou aankijken. En dat leek te pijnlijk. Niet dat dit zo is, dat is voor mij de grootste afleiding van al middels dat gestuurde weten. Dat elke vorm van miscommunicatie, miscreatie, misdenken onderhevig is aan mens. Dat de mens in wezen slecht zou zijn, beperkt, gelimiteerd, onvoltooid en in strijd en in het slechtst denkbare slechts zichzelf tegenkomt. 

En ineens doofde nog niet zo lang geleden het valse lichtje; mijn aard is wezenlijk vredig. Elke afleiding kent geen eigen aard, geen bron. Het is mijn aardse bron vol planetair oorspronkelijke wijsheid die is gaan staan en die zich wil verbinden met de galactische vrije bron van spreken. Ik ben niet alleen van en op de aarde. Dit is mijn binnenaardse en buitenaardse bestaan. De mijne. In dit licht zal ik blijven schrijven. Het is tijd ons allen uit die parallellen te trekken en niet alleen je eigen deel. Dat wat wij; ”ik ben van mij” noemen, betekent ten diepste, ik deel mij niet langer wezenloos en eindeloos op. Ik ga uit van heelheid in mijn kern en in alle andere hartelijke kernen. Wij kunnen hier op aarde alleen samen in heelheid staan. Dan zullen invoegingen, dat wat eerder gezien werd als beperking, en ook de programmeurs steeds dieper in zicht komen, als vanzelf, als drijfhout dat naar de oppervlakte drijft en geen hout blijkt te zijn.

Het fundament leeft in ons, niet in een onvoltooid verleden zonder hele toekomst en niet in de tot ontkent gestuurde kern die kind en volwassenen scheidt in ongelijkwaardigheid. Dit gedrag is nu precies waar de aangestuurde onwezenlijkheid zelf toe in staat is. Ik heb zelf ten diepste het gevoel dat de rassenmenging en scheiding plaats heeft gevonden op een niveau van overname op ons oorspronkelijke mens-zijn, die parallel aan hun vermogens is gekoppeld en weggezet. Wij leven hun leven en we proberen met al onze kracht ons een weg terug te banen naar de emotionele dealiteit. Wij kennen namelijk emotioneel ongekend krachtige velden in ons en daar ligt onze ware aard, onze grootsheid. En de programmeurs mogen denken dat we daarmee voor hen de weg vrijmaken in voordoen , ze zullen ontkoppeld van ons mens-zijn, ons niet langer kunnen volgen. 

Die ongelofelijke verwarring die ze aldus tentoonspreiden beheerst ook onze kinderen, juist onze kinderen, die wel degelijk herinneringen kennen aan oorsprong en waar vervolgens alles maar dan ook alles aan wordt gedaan om dat te ontkennen. Het is niet wie wij zijn. Anderen spreken over archonten, annunaki en dergelijke als zijnde de programmeurs. Ik weet dat ik hierin voor mijzelf een weg te vinden heb, in naam en inhoud, omdat ik massaal zie gebeuren wat er in al die spirituele benamingen gebeurt; verwarring op verwarring door niet te spreken vanuit eigen kern, maar informatie na te praten, te volgen van een ander hierin en er dan een eigen naam onder te plaatsen. Wederom in de strijd dus.

Laat ik eerst maar eens beginnen een innerlijke weg vrij te maken, door mijzelf en mijn kind los te koppelen van die allesbeheersende angst die ons uit elkaar houdt,  en die maakt dat er sprake blijft van wij tegen zij. Om zo elkaar weer steeds dieper als wezen te mogen aanschouwen, ten diepste vredig. En dat in dit proces van wezenrijkheid andere kernvormen (die velen buitenaardse wezens noemen), kleuren, geuren, inspiraties zich steeds vaker aandienen, dat is voor ons een ongelofelijke aanvulling op wat wij rijkdom noemen. Juist ook als het zogeheten duistere krachten betreft; het gevoelsdenken activeren is de enige manier om onszelf te ontkoppelen van ons zogenaamde eigen maar slechts wezensvreemde duister, dat ons in kringetjes wil laten draaien in therapie- en reincarnatieland.  

De droomtijd wordt in speelse lichtheid bevrijd. Wij zijn niet zozeer op weg, dan wel nooit weggeweest. Wat een vrijheid ligt er in die levendige gedachte, die in geen lijn te vangen is. (We hebben het hier thuis inmiddels danook over groot weten en we spelen er zoveel mogelijk offline mee, als in een vrije werelt 😉 
Zo nieuwsgierig ben ik ook naar jouw unieke uitingen in vrij, die jou en mij vol verbinden

Wij zijn nooit te oud, noch te jong om te voltooien.

Moniek van Pelt

Bron: moniekvanpelt.nl


Kindblog de vrije werelt

Als moeder verwonder ik mij telkens weer over de heldere blik van mijn kind en de kinderen om me heen. Als schrijver en kunstenaar voel ik, dat hun verhalen mij bemoedigen tot het creeren van een gezamenlijke openheid in woord en beeld. Er wordt in mijn beleving nog te vaak gesproken over, voor en namens de kinderen

De vrije werelt is een blog die gaat over spelen met de zin van leven; met elkaar als ouder en kind, met gebeurtenissen, ideeën en verhalen. En hoe begeleid je een kind naar haar eigen wijsheid in een wereld die zich zo vaak toont als een afgeleide realiteit; vol benoemde verschillen in bewustzijn, ras en kunde. Een maatschappij met maar een paar bewuste hoofdkleuren; waar kennis, logica en macht nog hoogtij lijken te vieren en in de oude angstige greep van ziekte en dood.

En je zult je, zoals ik en vele anderen, maar een grotere wereld herinneren, met meer kleur, geluk, vrijheid en oerweten. Ik volg aldus mijn wilde natuur en maak me waar ik kan vrij van belemmeringen, om mijn innerlijk kind, mijn dochter Lizzie en de kinderen te helpen een vrij uitzicht te geven in zichzelf; een diepte vol zichtbare en onzichtbare werelden die tezamen een bron vormen. Want wat zijn we mooie, sterke en krachtige wezens!

Veel leesplezier 🙂
Moniek

Related Articles

Responses