Het innerlijk kind leeft in het huis van bewaring

(Moniek van Pelt) Het innerlijk kind leeft in het huis van bewaring. Spannende eerste zin voor een stuk dat ik al heel lang wil schrijven, een leven of wat. Het is tijd om de lijn dieper te ontrafelen en de tranen tikken mee. En al heb ik lang verstopt gezeten in dit verhaal, ik heb ook altijd geweten dat als ik het moment zou voelen, ik zou gaan staan. Een moment los van dimensie, tijd en aarde zoals wij het hier kennen. Waar ik vandaan kom is er geen infantiele kinderlijkheid in de energie; een afgescheiden verhaal vol gaten dat leidt tot zulk een dichtheid in het wezen, dat inleven en invoelen in het zelf niet langer ten volle en in vrijheid mogelijk is. Het leven wordt beoordeeld langs krachten die men ego noemt, wil, denken, dominantie, herinnering, kunde en onbewustzijn en juist ook langs woorden die een spirituele inslag beloven als dimensie, vorig leven, eenheid, intuïtie, hogere zelf en innerlijk kind. De verplicht  te moeten voelen incompletie wordt gesust door hogere wezens, netjes levend in diverse dimensielagen op rij, die onze weg beter kennen dan wijzelf. De zogenoemde bewakers van het volle weten waken over ons en helen ons waar nodig. En voor wie daar niet in geloven zijn er bewust andere lijnen uitgezet vol beslissers en meerweters en ter vervanging van de eigenmacht. Lijnen die wetenschap beloven, bestuurlijk inzicht, geldelijke macht en maximale informatievoorziening.

De paden, ze leiden ons een weg omhoog of vooruit en zelfs achterom, alles om uit de misère te geraken en in de gewenste verbinding. Niet dat het ooit lukt, want deze paden kunnen en mogen enkel binnen het piramideraster bestaan dat de illusionaire driehoek innerlijk kind – onbewuste – hogere zelf weerspiegelt. Hoe eenzaam. De mens is er alleen en hij weet het. Want tussen valse paden en schone schijn past geen wezenrijk zijn. In dit halve licht van leven is het valse matrixwezen geboren en we worden er allen aan gekoppeld, ver voor onze eerste ademhaling. De gecreëerde tijdslijn die dit representeert is een meetbare, een voorspelbare en makkelijk aan te leren optelsom. De spelbepalers of beter gezegd spelbrekers; getallen met betekenis, de rijtjes, de schema’s, de labels en hun strijdtonelen, de chakralijn, het valse kundalinispoor, ze zijn gelijktijdig geboren. Zorgvuldig opgebouwde en uitgedachte paden vol ouder en kind en onderwijs, zorg, sturing en plicht, met een mooi uitgetekend en gestuurd heelal aan lichamen erboven. Lopen wordt een keuze tussen in de pas en uit de pas. Puurheid wordt vals gekoppeld aan dit spel, wat alles behalve vrij spelen belooft.  De mens wiens weerstand bewust en zo jong mogelijk vol gebroken wordt, in zijn gevoeligheid voor invasie, is dan op aarde de grootste narcist en krijgt de ’bijzondere’ taak toebedeeld bewaker van de matrix te worden, want het ware wezen mag niet tevoorschijn en deze mens heeft zich in dit ogenschijnlijke lot laten strikken. Dat wat wij kind noemen en in wezen rijk is aan lichte vredige speelsheid mag niet vrij bewegen. Het is de grootste bedreiging voor de invasie machten die het matrixmodel hebben uitgerold. 

Het aardse innerlijk kind is aldus een gecreëerd model, samen met het onderbewuste en het hogere zelf. Drie pijlers die tezamen een piramide vormen waarbinnen de mens mag functioneren in de invasieve macht , noem het elitair, die ons laat geloven dat daarbinnen ons gevoel voor eigenwaarde te vinden is, onze heling en ons vermogen tot weten. Binnen deze piramide trilt een kakofonie aan ingevoegde beelden waarlangs wij ons leven dienen te leven. De bewakers van de piramide zijn de mensen die hun diepste gevoel voor menselijkheid verloren zijn en de wezens die hun diepste gevoel voor wezenrijkheid vergaten. Dat wat nooit mocht zijn wordt binnen dit model zogenaamd verinnerlijkt en mag naar buiten treden. Het lijkt net echt, zo echt dat we de modellen om tot ‘’bevrijding’’ te komen hebben overgenomen en gevolgd. Best logisch, want we voelen ergens die matrix wel en denken in de lineaire lijn dat daar dus ook de oplossing ligt. Dat dit een afgeleide van de afgeleide is, is onzichtbaar gemaakt, zodat we enkel met (ingevoegde) vage gevoelens van doen hebben in een door hen eveneens bewust gevormd onderbewuste waar we dan ook mee mogen stoeien. En ons hoger weten is dan de te beklimmen ladder om dit allemaal te boven te komen. Het mensenspel wordt precies volgens gevoelloos plan gespeeld en wij gevoelswezens zijn niet degenen die hier aan de touwtjes trekken. Alle beelden liggen er al en ze worden bij voortduring op onze geest geprojecteerd, zodat op het filmdoek die zij opgehangen hebben precies de juiste scènes uitgespeeld worden, waar wij dan in gaan geloven als zijnde onze enige en door ons te beïnvloeden geschiedenis.

We kunnen nergens echt bij, zo wordt ons voorgehouden; niet bij onze onschuld, puurheid, ons gevoel voor zelf zijn, niet bij onze creatorkracht en al helemaal niet bij ons gevoel voor dimensie en onstoffelijkheid. En dat klopt. We kunnen er ook niet goed bij als we in deze piramide leven. En dat is ook de bedoeling. En het verhaal over pure kinderen is in feite ook een romantisch sprookje. Ze worden immers in de driehoek  geboren, afgeleid door het ‘’ronde’’ aan aarde, en hobbelen lekker mee in de onzichtbare mal.

De energie die door mensen heen beweegt die zeer betrokken zijn bij (innerlijke) kinderen wordt vaak niet herkend als komende uit die invasieve krachtbeweging. Ze proberen ‘’het kind’’ te redden door zich met al hun energie erop te storten vanuit een veelal ingevoegde bijzondere missie en daarmee begeven ze zich in hetzelfde collectief, namelijk de parallel van ultieme afgescheidenheid die middels valse uitlijning slechts de piramide stut en steunt en niet de wezenrijke wijdsheid van de mens. Het licht lijkt soms bijna overweldigend en uit hun poriën te komen. Hoe mooi het ook allemaal lijkt en hoe oprecht ieder erin ook zijn integere best doet, het is het vervullen van een rol als ondersteuner van de matrix. Ik herken deze valkuil in mijzelf goed, ook ik heb jarenlang geroepen en gewaad in dit collectief, als de met regelmaat onbewuste vertegenwoordiger van het wezen, die constant onderuit gehaald werd door velen die zogenaamd beter wisten en boven mij moest staan. Het valse licht door hen heen, sommigen noemen dat volwassen, probeerde mij regelmatig te ronselen, te pakken, te overmeesteren en in bewaring te krijgen. Het licht in mij werd niet door hen herkend als wezenskern.  De grote focus lag immers bij het innerlijke kind dat altijd en eeuwig volwassen en heel moest worden. Maar ik was al heel. Ik wist het. En het paste niet.

Ik noem bewust het woord volwassen, want ook ouders, onderwijzers, leraren, noem maar op, hebben massaal vanuit die rol het innerlijk kind in bewaring, die van henzelf vanuit overleving en daaraan toegevoegd hun kinderen die direct (en net als zij) in de parallel vol gespletenheid terecht komen. Als een vals geschiedenisbeeld die dwars door en voor het oprechte pure wezenrijke zijn geprojecteerd wordt, denkende dat dit puurheid is. Het beoogt slechts onbereikbaarheid in verbinding. Ouder en kind zullen nooit naadloos samen mogen zijn binnen de matrix. Het is simpelweg niet gewenst dat ware kracht zich zo opbouwt vanuit samen; een gevoel voor oorsprong reflecterend. Onze ware gezamenrijke aard dient te blijven vergeten en ontkent. 

En de vele opleidingen en therapieën (met alle respect) die er zijn omtrent het ‘’wakker’’ maken van dit kind, ze zijn in vorm trapsgewijs opgezet en gebonden aan de piramide, een uitzondering daargelaten. Ik besef me, dat nu ik er zo vol doorkijk, dat ik dit altijd zo gevoeld heb en met mij velen. Ik heb nooit een diploma willen halen of iets in die richting willen ondertekenen dat mij nog meer van de matrix zou maken dan ik al was.  En mijn gevoel voor helderheid mocht uiteraard slechts in delen bestaan en altijd waren er redders beschikbaar om mijn gevoel voor overvloed daarin terug te toveren. Dat is toveren in sprookjesland; de wereld lijkt er even mooier van te worden en je kind eventjes blij. Tot er weer een nieuwe hulpvraag en aldus aanbod komt. Een eindeloos verhaal waarin de stutmuren echt niet zullen vallen.

Vals licht, we mogen het dan nagenoeg allemaal weleens doorgegeven hebben, we zijn er niet schuldig aan. We zijn niet verantwoordelijk voor een betere wereld in zoiets als een elektrisch gestuurde en invasief ingeladen piramide vol strijd. Die daaruit komende gevoelens van schuld en schaamte dompelen ons enkel verder en dieper dit strijdtoneel in, van altijd op weg langs geënsceneerde dimensies vol vooropgezet decor en spel. Het is een gespiegeld land vol onmogelijkheden die laat denken dat wij dat zijn.. en wij zijn dat niet. Wij zijn geen hulpeloze (innerlijke) kinderen, die nooit zullen mogen leren wat het is om echt vrij te zijn.

Wij zijn ultieme krachtswezens en we zijn verantwoordelijk om eruit te stappen en ons volle bewustzijn weer op zijn plek te weten, namelijk niet als onbehapbare wortel vaag voor onze neus, maar diep in ons en precies daar waar de wezenskern in verbinding is met al haar rijken, stoffelijk en onstoffelijk, binnen en buitenaards. Het diepe gevoel voor samen huist nog altijd in ons en leeft vandaag als werkelijkheid in ons midden. Ik noemde dit gevoel eerder de stilte tussen twee mensen, waarin het zelf wil samengaan. Die stilte, die zich binnen de matrix enkel (en zoveel mogelijk verstopt) als stilte kan positioneren, is eigenlijk een heel levendige beweging vol levensvreugde en speelse lichtheid. En die pure stilte is een plek waar de labels en normen en vooropgezette machtsvormen stil zijn, omdat ze nooit hebben bestaan. Je kunt een leven lang ‘’stil’’ zijn en toch die stilte niet voelen, omdat de matrix, copycat als hij is, nu eenmaal alles nabootst ter afleiding. Alles als in een virtuele realiteit in ons hele lichaam, die in aanvang reeds allesversluierend geprogrammeerd is.

De stilte die ik ken en van waaruit ik schrijf is er één waarin de wereld zoals de matrix hem wil voorspiegelen vervaagt en verdwijnt. En alles in mij wat eerder stil (lees vreugdeloos) moest zijn vanuit onderdrukking sturing of macht, komt dan tot leven in een werkelijkheid die groots en eigen schijnt. En dan komen woorden, kleuren en geuren, vormen en wezens tevoorschijn die ons nieuw toeschijnen en dat niet zijn. Zij zijn het niet die zichzelf versluierd hebben, noch iets te verbergen, te besturen of te winnen. Zij zijn in vrede en in samen kern. Zij kennen hun heelal, zij weten wat wij weten en zij kunnen wat wij kunnen. Alleen het zogenaamde verschil tussen zij en wij maakt dat wij enkel lijken te kunnen vergeten.

Het huis van bewaring, waar de innerlijke kinderen, ons gevoel voor vrede, groot weten en bewuste oorsprong, in die beperkende driehoek symboliek vastzitten kent een deur. Het mooie van portaal is, dat zodra je erdoorheen bent er een besef ontstaat dat er nooit een deur is geweest.

Waarom ik weet wat ik weet en weinig namen noem? Ik ken heelheid diep in mij en ik weet uit vele ontmoetingen met gelijkwaardige energieën, dat ik hier bedoeld ben daarmee te zijn. Die gelijkheid kun je namelijk voelen in het hart. Ongelijkheid dwarrelt van de kern af, gelijkheid zet het gedeelde zelf direkt in kern. Ik wist ook dat ik het er moeilijk mee zou krijgen in aanvang van leven, omdat de afleiding groot zou zijn en ik uiteraard aardig wat narcistische bewakers om me heen zou vinden die constant op mijn pad gezet werden, vanuit de meest onverwachtse hoeken. Ik herken de invasie als wezensvreemd, zoals sommige mensen zich ook wezensvreemd gedragen.

Voor mij is het een beweging die zowel tegelijkertijd op de aarde als erbuiten plaatsvindt. Denksporen en denkpaden verdwijnen niet door met andere woorden over hetzelfde pad te lopen. En ook niet door de projecties achter woorden onbewust mee te zeulen naar andere woorden of naar de stilte. Een spoor veranderen is van het spoor afstappen en niet langer spoor meer wensen. Waar ik me precies bevindt hierin, ik denk daarover vanalles te weten. Het ons mager toebedeelde denkweten middels zogenoemd verschillende hersenhelften bestendigt echter vooral die eeuwige driehoek; onbewustzijn- innerlijk kind- hogere zelf. En ik weet dat als ik dat loslaat een grotere waarheid zich aandient. Ik speel om doorgang te creëren met al wat ik weet aan verbinding. Dus open met de deuren, die ons massaal in gevangenschap houden. En geen deur of bewaker, geen mens of onmens houdt me hierin tegen. Ik ben hier om mijn volle zelf te zijn; onschendbaar, onverhard en wezenlijk in vrede.

Moniek

Bron: Moniek van Pelt

Related Articles

Responses